Over de Mont Ventoux, de reus van de Provence, is al heel wat geschreven onder de vorm van stereotypes en vooral veel mythische verhalen maar die bewuste dag in juli 1999 zal ik niet vlug vergeten.
Met enkele vrienden waren we naar de Franse Alpen getrokken om er de cols te overwinnen. Op ons lijstje stonden de col du Galibier, de col du Télégraphe, de col de la croix-de-Fer, de col du Montgenèvre en als afsluiter de col du Mont Ventoux. Deze laatste ging ik alleen beklimmen omdat ik wat langer gebleven was dan mijn vrienden.
Niet nog eens kou lijden
Ik wilde koste wat het kost de Mont Ventoux nog eens beklimmen en zou dit doen op de laatste dag, de col lag immers al een stuk op de terugweg. Rond 09.00 was ik ter plaatse om tegen 09.30 de beklimming aan te vatten. Rond de berg zag ik echter steeds meer zwarte wolken opeenhopen en besloot wijselijk om even af te wachten. Binnen korte tijd zou op de top een onweer losbarsten.
Ik had enkele dagen voordien al een wolkbreuk meegemaakt tijdens de Tourrit met doortocht op de col du Galibier. We waren met de fiets naar boven gereden zonder regenjasje want het was volop zon. Wisten wij veel dat er die dag een onweer zou losbarsten waarin zelfs de laatste renners door moesten.
Nog nooit heb ik zo’n kou geleden tijdens de afdaling van de Galibier richting Briançon. Zigzaggend tussen de auto’s had ik moeite om mijn stuur vast te klemmen door het bibberen van de koude. Ik heb toen wel een half uur onder de warme douche gestaan.
Een dik half uur later zag ik de bliksemschichten in de verte en hoorde de donderslagen, ook de temperatuur was ondertussen serieus gedaald. Ik besloot om te wachten tot na de middag maar was vastbesloten om niet naar huis te vertrekken zonder deze reus te hebben getrotseerd. Wanneer zou ik hier nog eens geraken?
Het werd 13.00 en eindelijk begon de lucht op te klaren. Nog even wachten en dan zou ik vertrekken. Een klein uurtje later was het zover, de temperatuur was allesbehalve aangenaam en daarom deed ik maar een trui aan met lange mouwen. Na enkele kilometers werd de weg nat en zag ik de gevolgen van de onweersbui: vuil bruin water afkomstig van het bos langs de weg, stroomde over de weg.
Afzien als de beesten
Ik bolde voor geen meter, het was precies of het natte asfalt mij naar beneden zoog. Even dacht ik dat mijn remmen dicht stonden. Eens uit het bos kwam daar nog eens de verschrikkelijke wind op kop tegen. Het Franse woord vent staat er dus niet voor niets in Ventoux. Ik stond meer op de pedalen dan ik neerzat. Van souplesse was er ook al geen sprake want ik had de beginnersfout gemaakt door een veel te groot tandwiel achteraan te plaatsen. Genieten is toch iets anders.
De top met het weerstation kon ik reeds van ver zien maar het werden nog loodzware kilometers. Meteen kwamen de beelden van een zwalpende Tom Simpson en een uitgeputte Eddy Merckx die aan de aankomst zuurstoftoevoer moest krijgen, mij voor de ogen. Ten slotte de laatste bocht en dan is mijn lijdensweg voorbij wist ik, nog nooit zo afgezien.
Alsof het lijden nog niet voldoende was vroeg een amateurfotograaf mij of ik het laatste stuk, inclusief bocht, nog eens kon overdoen voor een foto. De arme man had waarschijnlijk de ganse dag zitten wachten op een renner die hij kon fotograferen tijdens diens lijdensweg. Ik was namelijk tijdens mijn beklimming geen enkele andere renner tegengekomen, zelfs niet tijdens de afdaling.
Ik ging akkoord met de man maar enkel op voorwaarde dat hij me de foto per post zou opsturen, er bestonden toen wel al gsm’s maar van een smartphone met ingebouwde camera was toen nog geen sprake. En zoals beloofd kreeg ik enkele weken later de foto waarvoor ik de man nog steeds dankbaar ben.
In juli 2021 heb ik de Col du Mont Ventoux opnieuw beklommen, deze keer niet met mijn stalen Martelly maar met een gehuurde carbon Look. Ook het tempo lag veel lager dan toen gezien de leeftijd en het afzien was dit keer niet door de wind en het slechte weer maar door de mindere conditie.
De passage van de laatste bocht werd ook deze keer vastgelegd, niet meer door een amateur fotograaf maar door mijn vrouw.